Back

Artikel

Home

Trump versus Biden: economische impact van tegenovergestelde beleidsagenda’s

26 okt 2020
Onderwerpen: Macro-economische politiek

Op 3 november gaan de Amerikanen naar de stembus om hun 46e president te kiezen voor de komende vier jaar. Het beleid van Trump is vooral gericht op lagere belastingen en fiscale prudentie, terwijl Biden de overheidsuitgaven en belastingen juist wil verhogen. In dit artikel belichten economen Hugo Erken, Philip Marey, Hidde Sevinga en Michiel van der Veen de economische impact van deze tegenovergestelde beleidsagenda’s.

De beleidsplannen

Het doorrekenen van de beleidsplannen van de Amerikaanse presidentskandidaten is geen lichtzinnige taak. In Nederland worden de verkiezingsprogramma’s met alle cijfers op een rij door de meeste politieke partijen keurig netjes en geordend van tevoren bij het Centraal Planbureau ingeleverd, maar in de VS is er geen overkoepelende ‘arbiter’ die de plannen op hun economische merites beoordeelt. Het Trump-team heeft wat bullets en een weinig concreet pamflet gepubliceerd over hoe het beleid in een tweede termijn eruit zou kunnen zien. De website van Biden bevat veel meer details en cijfers over zijn plannen, maar is tegelijkertijd ook een doolhof van informatie waarbij lang niet altijd duidelijk is in hoeverre plannen elkaar overlappen. Omdat de plannen niet eenduidig zijn ontsloten door beide kandidaten, hebben we ons ook toe moeten leggen op uitspraken in speeches, debatten, twitter en de Begroting. Een disclaimer vooraf is dat het kan zijn dat een aantal plannen die we hebben opgenomen uiteindelijk niet het levenslicht gaat zien of dat we enkele plannen niet hebben opgenomen. Tegelijkertijd zijn we van mening dat de pakketten zoals we die hebben doorgerekend in de scenario’s de beleidsrichting van beide kandidaten goed weergeven.

Er zijn diverse organisaties zoals de Tax Foundation, het Tax Policy Center, Committee for Responsible Federal Budget (CRFB) en Penn Wharton die op deelonderwerpen, zoals de impact op de fiscaliteit, doorrekeningen hebben gemaakt waar we ook in deze studie dankbaar gebruik van maken. In de onderhavige studie willen we echter de impact van de beleidsplannen op het hele spectrum aan economische variabelen uit de doeken doen, zoals het bruto binnenlands product (bbp), de handel, de werkloosheid en het reële beschikbare inkomen. Eerst zullen we iets meer informatie geven over wat voor beleidskoers we kunnen verwachten bij beide kandidaten.

Trump

In een notendop wil Trump de belastingen verlagen en tegelijkertijd snijden in de overheidsuitgaven. Tabel 1 geeft een overzicht van de plannen van Trump die we zijn tegengekomen. Samenvattend verwachten we dat de belastingverlagingen van Trump tot 2030 zorgen voor een verlies aan overheidsinkomsten van tussen de ruwweg $ 2.900 miljard en $ 4.075 miljard, terwijl de bezuinigen op de overheidsuitgaven zorgen voor extra inkomsten van tussen de $ 1.370 miljard tot $ 3.200 miljard. De reden waarom deze bedragen zo ver uiteen liggen, is dat een aantal plannen vaag is: wil Trump een belastingkorting voor de middeninkomens instellen voor vijf of tien jaar? En hoe gaat Trump met hervormingen in de gezondheidszorg 850 miljard ophalen? Daarom werken we met de doorrekening van Trump-plannen dan ook met een bandbreedte. Een uitgebreide toelichting van alle plannen is te vinden in deze studie.

Tabel 1: Beleidsplannen van Trump

Bron: zie bijgevoegd bestand onder 'Downloads', rechts

Biden

Biden wil een diametraal andere beleidskoers varen dan Trump: hij wil de overheidsuitgaven juist verhogen door onder andere te investeren in onderwijs, schone energie en sociale zekerheid. Om dit deels te bekostigen wil hij de belastingen verhogen, vooral voor de hogere inkomens (> $ 400.000). Tabel 2 geeft een overzicht van Bidens belangrijkste plannen en de bijhorende bronnen. Voor meer informatie over Bidens plannen verwijzen we wederom naar deze studie. We verwachten dat zijn belastingplannen ruwweg $ 3.500 miljard aan extra opbrengsten zullen genereren en dat de overheidsuitgaven zullen stijgen met tussen de grofweg $ 5.650 miljard en de $ 6.700 miljard.

Tabel 2: Beleidsplannen van Biden

Bron: zie bijgevoegd bestand onder 'Downloads', rechts

Impact op de Amerikaanse economie

Nu we een duidelijker beeld hebben van de beleidsplannen van beide presidentskandidaten is het zaak om te analyseren wat deze betekenen voor de Amerikaanse economie. Hiervoor gebruiken we het macro-econometrische handelsmodel NiGEM in combinatie met een productiviteitsmodel dat RaboResearch heeft ontwikkeld voor de Amerikaanse economie.

Economische groei

In onze doorrekening zorgen de plannen van Biden voor een hogere economische groei dan die van Trump. Deze hogere groei komt grotendeels door de grotere netto overheidsstimulans onder Biden. Bij Trump zorgen lagere belastingen weliswaar voor een hoger reëel beschikbaar inkomen, maar dit effect wordt tenietgedaan door de bezuinigingen op publieke uitgaven. Het gevolg is dat de economie zich ongeveer hetzelfde zal ontwikkelen als in ons basispad (zie figuur 1). Wel vindt onder Trump een forse verschuiving plaats van uitgaven in het publieke domein naar uitgaven in de private sector.

Onder Biden zien we de economie forser groeien dan in ons basispad, gemiddeld met ongeveer 0,4 procentpunt op jaarbasis. Het gevolg is dat de Amerikaanse economie op lange termijn onder Biden tussen de 3,8% en 4,6% groter is dan onder Trump (zie figuur 1). Biden weet dit effect te realiseren omdat de positieve impact van forse hogere overheidsuitgaven en -investeringen sterker is dan het negatieve effect van lagere particuliere consumptie door belastingverhogingen. Van belang hierbij is dat Biden vooral de hogere inkomens belast die meer dan $400.000 op jaarbasis verdienen. Juist van deze groep weten we dat de zogenoemde marginale consumptie-elasticiteit een stuk lager is dan bij lage inkomens, een groep die Biden juist tegemoet wil komen door het verhogen van het minimumloon.[1] Doordat Biden het geld bij de rijkste groep weghaalt, is het effect op de particuliere consumptie dus beperkt, terwijl de hogere overheidsuitgaven en -investeringen de economie een directe stimulans geven.

Figuur 1: Verwachte impact op de Amerikaanse economie

Bron: RaboResearch, U.S. Bureau of Economic Analysis (BEA), Macrobond

Omgekeerd geredeneerd kun je je afvragen of veel van de voorgestelde belastingkortingen van Trump wel zo effectief worden ingezet om de economie te stimuleren. Zo wil Trump het belastingtarief voor middeninkomens verlagen van 22 naar 15 procent (CNBC, Washington Post), maar in dit plan strijken ook de hoge inkomens de maximale korting op van $ 3.150 per persoon over het deel van hun inkomen dat in die 22 procent-schijf valt. Onze eigen berekeningen laten zien dat 45 procent van dit belastingplan daarom neerslaat bij mensen die meer dan $ 100.000 verdienen en 25 procent bij mensen met een inkomen van meer dan $ 150.000.

Staatsschuld

Het beleid van Biden heeft ook een keerzijde, want de publieke schuldquote loopt veel harder op dan onder het beleid van Trump (figuur 2). Deze is al sterk verslechterd door de coronacrisis: van 107 procent aan het begin van het jaar naar 136 procent op dit moment, en zal de komende periode naar verwachting verder oplopen. Onder Trump verwachten we dat de schuldquote in 2030 uitkomt op gemiddeld 148 procent, in lijn met het basispad, terwijl we onder Biden ratio’s verwachten van tussen de 164 en 170 procent.

Over de vraag of deze hogere staatsschuld potentiële gevaren met zich meebrengt zijn de meningen verdeeld. De dollar is dé internationale sleutelvaluta die wereldwijd wordt gebruikt voor het doen van internationale transacties en investeringen. De vraag naar Amerikaanse overheidsobligaties is structureel groot. Bovendien is de Amerikaanse staatsschuld in zijn geheel gedenomineerd in Amerikaanse dollars. Als de dollar deprecieert, heeft dit geen invloed op de omvang van de staatsschuld en spelen internationale valutamarkten nauwelijks een rol in disciplineren van de VS.  

Figuur 2: Staatsschuldquote stijgt veel harder onder Biden

Bron: RaboResearch, Federal Reserve Bank, Macrobond

Arbeidsmarkt

Ook op de arbeidsmarkt scoort Trump beter dan Biden, maar vooral op de langere termijn. We verwachten dat de werkloosheid onder Biden uit zal komen op ongeveer 5,6 procent, terwijl deze bij Trump zelfs onder de 4 procent zal uitkomen. Drie aspecten zorgen voor minder gunstige werkgelegenheidseffecten onder Biden. Ten eerste wil Biden het minimumloon verhogen van $ 7,25 naar $ 15. Hoewel dit een netto positief effect heeft op de particuliere consumptie bij met name het onderste spectrum van de inkomensverdeling, gaat het ook ten koste van de werkgelegenheid. Het Congressional Budget Office (CBO) verwacht dat deze maatregelen zorgen voor 1,3 miljoen extra werklozen in 2025. Ten tweede wil Biden de vennootschapsbelasting verhogen van 21 naar 28 procent. Tot slot zorgt het innovatie- en technologiebeleid van Biden voor meer structurele arbeidsbesparing, wat ook zorgt voor structureel lagere werkgelegenheid.

Handel

De wereldhandel krijgt onder Biden een flinke impuls. Vooral de Amerikaanse import neemt toe, tot wel 6 tot 7 procent hoger op de langere termijn (figuur 3). Omdat de Amerikaanse export echter niet meestijgt, verwachten we wel een verslechtering van de handelsbalans ten opzichte van het basispad met $ 250 miljard op lange termijn. Dit komt bovenop een gemiddeld totaal tekort van tussen de $ 850 miljard tot $ 900 miljard in het basispad.

De hogere import in het Biden-scenario komt vooral door een hogere economische groei. Daarin is dus niet meegenomen dat Biden en Trump sterk van elkaar verschillen in hun opvatting over internationale handel. Zo is bekend dat Biden veel meer dan Trump bereid is om de multilaterale route te bewandelen als het gaat om handelsafspraken, terwijl Trump hier niet zoveel van moet hebben en eigenhandig het functioneren van de Wereldhandelsorganisatie de nek om heeft gedraaid (zie dit rapport). Daar staat tegenover dat we niet verwachten dat Biden handelstarieven op Chinese goederen gaat terugdraaien en ook niet dat Trump een handelsoorlog met Europa begint. Dit soort beslissingen zou het mondiale handelsbeeld sterk doen wijzigingen.

Figuur 3: Handel neemt toe onder Biden

Bron: RaboResearch, U.S. Bureau of Economic Analysis (BEA), Macrobond

Impact op Nederland

De hogere Amerikaanse importen in het Biden-scenario zijn ook goed nieuws voor een open economie als de Nederlandse. Nederland heeft sterke handelsbetrekkingen met de VS: Op jaarbasis exporteert Nederland voor 27 miljard euro aan goederen naar Amerika, wat neerkomt op ongeveer 17 procent van onze totale export. We exporteren veel machines, geraffineerde aardolieproducten en medische apparatuur (zie tabel 3). Maar liefst een kwart van alle Amerikaanse importen van semi-conductors komt uit Nederland; wat natuurlijk komt omdat Nederland met onder meer ASML en NXP een aantal belangrijke spelers heeft op dit terrein.

Volgens onze berekeningen zou Nederland bij een winst van Biden op lange termijn 3 miljard euro extra kunnen exporteren, wat een stimulans zou zijn voor de totale export van 1 tot 1,5 procent. Dit heeft ook positieve gevolgen voor de economie, die op lange termijn 9 miljard euro groter zou zijn dan onder een Trump-regime, iets meer dan 1 procent van de totale omvang van onze economie (figuur 4).

Figuur 4: Invloed van Amerikaanse beleid op omvang van Nederlandse economie

Bron: RaboResearch, CBS

Onderschatting van de positieve effecten?

Wat niet in onze doorrekening zit, zijn internationale kennis-spillovers. Onder Biden zal het innovatievermogen in de VS de komende jaren een flinke impuls krijgen. Zo wil Biden 300 miljard dollar steken in doorbraaktechnologie op het gebied van bijvoorbeeld elektrisch rijden, 5G en artificial intelligence, maar ook tussen de $ 850 miljard en $ 1.900 miljard investeren in onderwijs. Dat laatste is flink nodig, want de VS is de laatste jaren weggezakt op het gebied van menselijk kapitaal.

De impact van investeringen in R&D en onderwijs op de Amerikaanse economie zit weliswaar in onze scenariodoorrekeningen, maar de spillovers daarvan naar de rest van de wereld niet. Het ligt echter voor de hand dat andere landen ook profiteren van dit soort innovaties, alleen is dit heel lastig te kwantificeren. In het verleden hebben Amerikaanse innovaties echter gezorgd voor een behoorlijke innovatie-impuls in andere landen. Amerikaanse uitvindingen zoals de laser, chemotherapie, smartphones en internet hebben ook ons leven drastisch veranderd. Berekeningen laten zien dat ongeveer de helft van de Nederlandse economische groei die kan worden toegeschreven aan technologische ontwikkeling, toe te schrijven is aan kennisontwikkeling door de technologisch leider: de VS. Dit is als het ware “gratis groei”, omdat we deze kennis direct kunnen internaliseren in onze eigen productieprocessen. Hierdoor kunnen wij ook kwalitatief betere producten maken en onze productieprocessen efficiënter en effectiever inrichten. Een voorwaarde is natuurlijk wel dat je als Nederland de kennisinstellingen en bedrijven hebt die die kennis ook daadwerkelijk kunnen absorberen.

Tabel 3: Afhankelijkheid van Nederlandse economie van Amerikaanse import

Bron: RaboResearch, Trademap

Tot slot

De economische plannen van Biden zorgen voor een hogere economische groei dan die van Trump. Daar staat tegenover dat de staatsschuld onder Biden veel sneller zal toenemen. Of dit verantwoord is, daarover verschillen economen van mening. Enerzijds is de Amerikaanse dollar het valuta-anker van de wereld, waardoor het land zich meer kan veroorloven dan andere landen als het gaat om de omvang van de staatsschuld. Anderzijds zal het uiteindelijke afbouwen van de staatsschuld tot stand moeten komen door belastingverhogingen en bezuinigingen die juist weer een rem zetten op de economische activiteit. De Democraten en de Republikeinen hebben hier totaal verschillende ideeën over. Daarnaast is het nog maar de vraag in hoeverre beide kandidaten in staat zullen zijn hun plannen daadwerkelijk te realiseren. Het Huis van Afgevaardigden is immers in handen van de Democraten en de Senaat in die van de Republikeinen. Bij de huidige patstelling zullen beide kandidaten het heel lastig krijgen om hun plannen te realiseren. De huidige verkiezingen gaan dus niet alleen over wie president wordt, maar ook over de daadkracht waarmee de volgende president zijn beleid kan realiseren. Evengoed is het aan het Amerikaanse volk om te bepalen welke koers hen het beste past. Er valt in ieder geval genoeg te kiezen.

Voetnoten


[1] De marginale consumptie-elasticiteit geeft aan welk deel van iedere extra euro aan inkomen wordt gespendeerd aan consumptiegoederen. Onderzoek laat zien dat inkomensgroepen in de onderste 20 procent van de verdeling van elke extra euro aan inkomen 35 cent besteden aan consumptiegoederen, terwijl dit voor de hoogste 1 procent van de inkomensverdeling 14 procent is (zie bijvoorbeeld Carroll et al., 2017).

Gerelateerde artikelen

Volledig artikel
© copyright 2024 Mejudice
Privacybeleid Voorwaarden voor gebruik