Back

Artikel

Home

De blunders van Balkenende

18 dec 2008
Dossiers: Woningmarkt
Onderwerpen: Economisch denken, Macro-economische politiek
Praatjes vullen geen gaatjes. Sterker nog, sommige praatjes maken gaatjes! Dat wil zeggen, alleen al sombere praat over een recessie kan een daadwerkelijke recessie tot gevolg hebben. Premier Balkenende heeft deze les evenwel nog niet geleerd en de afgelopen maanden in dit kader drie blunders begaan. Alleen al door zijn uitspraken over een wijziging in de hypotheekrenteaftrek, een economische recessie en bezuinigingen op de overheidsuitgaven, zullen door emoties en angsten gedreven mensen hun hand op de knip gaan houden. En dat terwijl zijn vice-premier, Wouter Bos, ons er steeds op wijst dat geld moet rollen.

Graag wil ik premier Balkenende gratis en voor niks een minicollege economie aanbieden. Dat we ons in het midden van een kredietcrisis bevinden, staat vast. Wat de economische gevolgen daarvan zullen zijn, is nog onduidelijk. En op dat vlak heeft Balkenende naar mijn mening de afgelopen maanden minstens drie grove economische fouten begaan.

Drie blunders

Telt u even mee. Eerst heeft Balkenende eind november aangegeven niet onwelwillend te staan tegenover een wijziging in de hypotheekrenteaftrek. Daarna deed hij begin december tijdens zijn wekelijkse persconferentie de uitspraak dat Nederland de komende jaren rekening moet houden met een economische recessie. Tot slot sprak hij kort daarna over bezuinigingen die moeten voorkomen dat het begrotingstekort de komende jaren te ver oploopt.

Waarom zijn dit nu blunders? U denkt wellicht: ‘Daar heb je weer zo’n Keynesiaanse columnist die vindt dat de overheid de economie moet stimuleren in tijden van crisis.’ Deze traditionele Keynesiaanse visie is evenwel een gepasseerd station. Het verhaal van Balkenende is eerder dat van een politicus die denkt dat de wereld bestaat uit rede en rationaliteit, en klaarblijkelijk vergeten is dat psychologische en sociale elementen in de wereld net zo sterk zijn, zoniet sterker. Laat ik dit duidelijk maken middels een kort historisch uitstapje.

Opkomst Keynesianisme

Volgens Keynesiaanse economen kan de overheid de golfbewegingen van de economie beperken door haar inkomsten en uitgaven te manipuleren. Bij een laagconjunctuur dienen de overheidsinkomsten verlaagd en de overheidsuitgaven verhoogd te worden, en bij een hoogconjunctuur het tegenovergestelde. Daarnaast bepleiten Keynesianen het gebruik van zogenaamde automatische stabilisatoren zoals sociale voorzieningen en een progressief belastingstelsel. Als gevolg daarvan wordt de economie automatisch gestimuleerd bij een laagconjunctuur. Immers, de overheidsuitgaven aan sociale voorzieningen stijgen en de overheidsinkomsten uit belastingen dalen. Daardoor zal het begrotingstekort automatisch oplopen. Volgens Keynesiaanse economen vraagt een economische crisis dan ook om een (al dan niet automatisch) expansief begrotingsbeleid, en niet om bezuinigingen teneinde het begrotingstekort te beperken.

Keynesiaanse inzichten vinden hun inspiratie in de Grote Depressie en waren tot de jaren zeventig van de vorige eeuw gemeengoed. Het idee was dat de overheid de uitruil tussen inflatie en werkloosheid kon manipuleren door middel van fiscaal beleid. Daar kwam in de jaren zeventig de klad in vanwege het ontstaan van stagflatie, zowel hoge inflatie als hoge werkloosheid; Keynesianisme leek niet te werken. En het is dan ook niet om Keynesiaanse redenen dat ik ernstige vraagtekens plaats bij de uitspraken van Balkenende. Kijken we nu echter naar het plan van de Europese Unie om de komende twee jaar zo’n 200 miljard euro uit te trekken om de noodlijdende economie weer aan de praat te krijgen, dan lijkt Keynesianisme weer helemaal terug. Maar dat terzijde.

Exit Keynes, Enter Nieuw Klassiek

In antwoord op het falende Keynesianisme ontwikkelden zogenaamde Nieuw Klassieke economen een verhaal over het falen van overheidsbeleid. Naar hun mening hadden economen over het hoofd gezien dat mensen rationeel reageren op wijzigingen in fiscaal beleid. Stel de overheid probeert de economie te stimuleren via extra uitgaven. Mensen zullen dan hun eigen uitgaven verlagen, zo beredeneerden de Nieuw Klassieke economen. Als rationele actoren weten zij immers dat de overheid in de toekomst de belastingen zal moeten verhogen om het door de extra overheidsuitgaven ontstane begrotingstekort te financieren. Rationeel anticiperend op deze belastingverhoging zullen mensen nu vast meer gaan sparen. Gevolg is dat de overheidsuitgaven wel stijgen, maar tegelijkertijd dalen de bestedingen van het publiek, en weg is het positieve effect op de economie. Met andere woorden, zou Balkenende nu gaan bezuinigen, dan hoeft dat helemaal geen negatieve invloed op de economie te hebben.

Bijkomende aantrekkingskracht van de Nieuw Klassieke inzichten was dat rationeel gedrag zich eenvoudig in wiskundige modellen laat gieten. Immers, er is maar één manier om rationeel te zijn, terwijl er talloze manieren zijn om beperkt rationeel (of niet rationeel) te zijn. Aldoende presenteerde economen zich als de hardste van de sociale wetenschappers. Nu, een aantal decennia later, komen economen evenwel tot het inzicht dat de mens niet koel en calculerend is, maar zich laat leiden door emoties en angsten. De economie hervindt zich als sociale wetenschap in plaats van één of andere gekunstelde kopie van de natuurwetenschappen.

Praatjes maken gaatjes

Waarom beging Balkenende economische blunders volgens deze nieuwste inzichten? Om deze vraag te beantwoorden, is het van belang te beseffen dat de sociale wetenschappen doordrenkt zijn van zogenaamde self-fulfilling en self-defeating voorspellingen. Dat wil zeggen, binnen een sociale context kunnen voorspellingen het gedrag van de betrokkenen zodanig veranderen dat dit de voorspelling waarmaakt of juist verpest. Dit hebben we de afgelopen maanden kunnen waarnemen bij de kredietcrisis. De feitelijke solvabiliteit van een bankinstelling berust op het vertrouwen bij het publiek dat de bank solvabel is. Slaat de verwachting om en heeft het publiek de verwachting dat de bank niet solvabel is, dan wordt de bank ook daadwerkelijk insolvabel. En zo kan een wellicht foutieve inschatting van een situatie gedrag veroorzaken waardoor deze voorspelling alsnog juist wordt, een voorbeeld van self-fulfillment.

Hetzelfde doet zich voor met de uitspraken van Balkenende. Alleen al door te praten over een wijziging in de hypotheekrenteaftrek, een economische recessie en bezuinigingen op de overheidsuitgaven, zullen door emoties en angsten gedreven mensen hun hand op de knip gaan houden. En dat terwijl de vice-premier, Wouter Bos, ons er steeds op wijst dat geld moet rollen. Wellicht denkt Balkenende de pijn te verzachten door van het ergste uit te gaan, maar zo werkt het niet. We gaan denken dat het slechter gaat met de economie, we consumeren minder en bedrijven nemen minder mensen aan. Aldus wordt de recessie mede door de self-fulfilling uitspraken van Balkenende een feit. Het is dan ook niet verwonderlijk dat het Amerikaanse National Bureau of Economic Research een tijd wacht met haar bepaling van een recessie.

Erger nog, Balkenende lijkt niks te hebben geleerd van zijn eerdere fouten. Hij hangt al jaren de somberman uit over de economie. Zo berekende de Tilburgse econoom, en partijgenoot van Balkenende, Lans Bovenberg in 2004 dat het negatieve beeld dat Balkenende destijds van de economie schetste de economie 0,5 procent van het bruto binnenlands product heeft gekost (de Volkskrant, 7 januari 2004).

Balkenende is niet de enige die niet vrijuit gaat op dit gebied. Het CPB betitelde haar rapport met economische vooruitzichten Zwaar weer op komst, terwijl er in 2009 een kleine krimp van 0,75 procent wordt voorspeld. Voor 2010 verwacht zij weer een groei van 1 procent, terwijl de groei in 2008 op een mooie plus van 2,25% zal uitkomen. De media bombarderen ons met somber nieuws zoals de Volkskrant met de kop ‘Verkoop huizen helemaal ingezakt.’ In het artikel stond evenwel beschreven dat het slechts gaat om de verkoop van nieuwbouwhuizen. De cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek en het Kadaster laten zelfs zien dat de huizenprijzen in het derde kwartaal van 2008 nog gewoon zijn gestegen.

Tenslotte

Laurence Peter, ook wel bekend van het Peter Principle, heeft ooit gezegd dat een econoom een expert is die morgen weet waarom de voorspelling die hij gisteren heeft gedaan vandaag niet is uitgekomen. Laten we daarom voorzichtig zijn met somberheid over de economische toekomst. En laat Balkenende net als economen leren van zijn blunders.

Referentie:

Peter, L.J. en R. Hull (1969). The Peter Principle: why things always go wrong. New York: William Morrow & Company, Inc.

Gerelateerde artikelen

Volledig artikel
© copyright 2024 Mejudice
Privacybeleid Voorwaarden voor gebruik