Back

Artikel

Home

Adam Smith was een filosoof

7 okt 2020
Onderwerpen: Economisch denken, Filosofie en economie

Adam Smith, grondlegger van de economische wetenschap, was een filosoof. Hij was hoogleraar Moral Philosophy aan de universiteit van Glasgow, wiens – in eigen ogen – belangrijkste werk handelde over de morele mens: Theory of Moral Sentiments (TMS), verschenen in 1759. Zeventien jaar later schreef hij An Inquiry into the Nature and Causes of the Wealth of Nations (WN) ook wel ‘’de bijbel van de economie” genoemd. In WN schetst hij een, volgens velen, egoïstisch mensbeeld, dat haaks op het mensbeeld uit eerder werk staat. Dit karikaturale beeld van Smith en de WN klopt echter niet. Een juiste Adam Smith interpretatie maakt hem relevant voor het helpen oplossen van enkele actuele maatschappelijke vraagstukken, aldus Kees Cools.

De welvaart van landen

Nadat vorig jaar de WN opnieuw was vertaald, getiteld “De welvaart van landen” is onlangs bij Boom ook TMS in een nieuwe vertaling verschenen, met als titel “De theorie over morele gevoelens”. In verschillende landelijke kranten is daar aandacht aan besteed, onder meer door Heiko Jessayan in het FD en door Hans Achterhuis in de Volkskrant. Wat in die besprekingen ontbreekt is ‘het probleem van Adam Smith’, de spanning tussen het mensbeeld in de TMS en dat in de WN. In de 19e eeuw leidde die spanning tot een hoogoplopende polemiek onder Duitse wetenschappers, bekend geworden als “Das Adam Smith Problem”. Dat ‘probleem’ is actueler dan ooit en raakt rechtstreeks aan maatschappelijke discussies waarin economische en maatschappelijke belangen tot elkaars tegenpolen worden gemaakt.

Mensbeeld

De mens in TMS is een moreel wezen, gedreven door sympathie voor de ander en welwillendheid (benevolence). Hij is ook iemand die een ‘’onpartijdige toeschouwer’’ in zich heeft en die ons morele en sociaal handelen voortdurend bewaakt. Het klassieke beeld van de WN is de egoïstische mens, die uitsluitend zijn eigenbelang nastreeft en als middenstander dankzij de onzichtbare hand van vraag en aanbod toevallig ook nog eens bijdraagt aan de maximale welvaart voor het hele land, de Wealth of Nations. Dat beeld is niet in de laatste plaats gevormd door de beroemdste zin uit de WN: “It’s not from the benevolence of the butcher, the brewer or the baker that we expect our dinner, but from their regard to their own self-interest.”.

Karikaturale beeld

Maar dat karikaturale beeld van Smith en de WN klopt niet. Dat is de consensus onder hedendaagse wetenschappers (Tribe, 1999, 2008; Cools en Jeurissen, 2010). Die economic man uit de WN is geen egoïst. Als middenstander is hij gericht op het winstgevend verkopen van zijn spullen, that’s it. De vrijheid van zijn commerciële handelen is gebaseerd op een morele en sociale orde die het individu verbindt met zijn medemens. Een vrije markt is daarom niet alleen een weg naar economische groei, de efficiënte werking ervan veronderstelt de vorming van instellingen die in staat zijn een morele orde te scheppen.

Het is te hopen dat het (neo)liberale beeld van Adam Smith snel wordt ingeruild voor zijn werkelijke relevantie en dat zijn inzichten helpen maatschappelijke schijn-controverses te verdrijven

Adam Smith had een genuanceerd, dus reëel mensbeeld. Hij was niet de man van het primaire eigenbelang en puur vrije marktwerking. Hij waarschuwde voor monopolies, overdaad, weelde en dat “the consumption of luxury goods might foster undesirable degrees of unequality”. Hij zag dat de mens beide is, Darwin en Ghandi, een moreel wezen dat vanuit sympathie en welwillendheid zijn medemens tegemoet treedt maar die ook vanuit welbegrepen eigenbelang deelneemt aan het economisch verkeer.

Slot

Het is te hopen dat het (neo)liberale beeld van Adam Smith snel wordt ingeruild voor zijn werkelijke relevantie en dat zijn inzichten helpen maatschappelijke schijn-controverses te verdrijven: als grondlegger van de moral economic man die zijn boterham verdient in een vrije markt, als sociaal en moreel welwillend wezen, trouw aan mens en maatschappij. Dat samengaan van beide mensbeelden, zoals de echte mens ook is, kan enorm helpen bij actuele maatschappelijke vraagstukken over aandeelhouder- versus stakeholder governance, bedrijfsleven versus ‘de rest van de samenleving’ en overheid versus ‘vrije markteconomie’.

Referenties

Cools, K. en L. Jeurissen (2010) Vertrouwen in de economie. Wijsgerig Perspectief, 2010(3): 24-31.

Tribe, K. (1999) Adam Smith: critical theorist? Journal of Economic Literature, 37(June): 609-632.

Tribe, K. (2008) “Das Adam Smith Problem” and the origins of modern Smith scholarship. History of European Ideas, 34: 514-525.

Gerelateerde artikelen

Volledig artikel
© copyright 2024 Mejudice
Privacybeleid Voorwaarden voor gebruik